1A First Alternative

Printer toevoegen - macOS 10.10 Yosemite

Deze handleiding is voor oudere systemen en/of software en wordt niet langer onderhouden.

Deze handleiding is bestemd voor gebruikers van de 1A-server. In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u een netwerkwerkprinter kunt toevoegen in Apple macOS Yosemite. U kunt pas printen als u de printer heeft toegevoegd. Om van de printer gebruik te mogen maken moet u als gebruiker van de printer zijn toegevoegd in de 1A-manager. Dit kan uw netwerkbeheerder voor u doen.
Uw 1A-server kan u helpen met het beheren van uw printers. Door de printer met de 1A-server te verbinden kunnen meerdere mensen van de printer gebruik maken. In de 1A-manager kan uw netwerkheerder instellen welke gebruiker op welke printer mag printen.
In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u een netwerkprinter toe kunt voegen aan uw computer. Vervolgens laat de handleiding zien hoe u kunt controleren of dit gelukt is. Daarna kunt u printen op de desbetreffende printer.

Benodigdheden

Voor deze handleiding heeft u nodig:

  • De hostnaam van uw 1A-server
  • Uw gebruikersnaam en wachtwoord
  • Gebruikersrechten op de printer
  • De driver voor uw printer, kijk hier voor op de site van de fabrikant van de printer of in de meegeleverde software

Stappen

1
Printer & Fax openen
  • Open Systeemvoorkeuren
  • Klik op Printers & Scanners
Printer & Fax openen
2
Printer toevoegen
  • Klik linksonderin op het plus teken (+)
Printer toevoegen
3
Knoppenbalk aanpassen (1)
  • Rechtsklik de knoppenbalk direct naast de optie Windows
  • Kies Pas knoppenbalk aan
Knoppenbalk aanpassen (1)
4
Knoppenbalk aanpassen (2)
  • Sleep de optie Geavanceerd naar de taakbalk
  • Klik op de knop Gereed
Knoppenbalk aanpassen (2)
5
Configureer printer (1)
  • Klik op de knop Geavanceerd
  • Bij Type selecteer "Windows printer via spoolss"
  • Geef bij URL de servernaam en printernaam op in de gevraagde opmaak "smb://servernaam/printernaam"
  • Geef in veld Naam een herkenbare naam aan de printerkoppeling
  • Geef in veld Locatie de locatie van de printer aan (optioneel)
  • Kies bij Gebruik de driver die bij de printer hoort
  • Klik Voeg toe
Configureer printer (1)
6
Printer verbinden
  • De printer is nu verbonden